
FC Groningen is verder dan een jaar geleden, schreven we vorige week. Dat blijkt ook uit de cijfers op bijna een derde van de competitie, waarover verderop meer. De betere cijfers zijn een gevolg van beter veldspel. De ploeg creëert meer, scoort ook vaker maar het aantal extra goals blijft achter bij het toegenomen aantal kansen.
Groningen Dat was vooral het geval in de bekerwedstrijd van donderdag op Het Kasteel bij Sparta (5-2 nederlaag) en zondag in de thuiswedstrijd tegen FC Twente (1-1). Alleen al in beide eerste helften had de ploeg van trainer Dick Lukkien zeker drie keer kunnen scoren uit een half dozijn goede tot zeer goede kansen.
FC Groningen had vorig seizoen na elf wedstrijden negen punten en als doelsaldo 11-19. Dit seizoen heeft de club na elf duels negentien punten met een doelsaldo van 17-15. Oftewel tien punten en zes goals meer, en vier tegengoals minder. Het programma was toen zeker niet zwaarder geweest.
Het betere voetbal begint al bij de opbouw van achter uit. Daar hebben doelman Etienne Vaessen, Thijmen Blokzijl en nieuweling Dies Janse de blik naar voren gericht en vinden ze de oplossing vaak bij een van de voorste vier, een controleur, of bij Marvin Peersman die voetballend sterker is dan de rechtsbacks Marco Rente of Tyrique Mercera. Deze twee zijn op hun best in de laatste fase van de opbouw als zij de bal in de loop krijgen aangespeeld, net zoals illustere voorgangers als Deyovaisio Zeefuik en Hans Hateboer.
In de voorste linie heeft topscorer Brynjölfur Willumsson (vijf goals in vier wedstrijden) zijn basisplaats na een lastige spierblessure nog niet kunnen heroveren. Hij heeft de pech dat FC Groningen zonder hem aanzienlijk beter is gaan spelen en dat hij tijdens zijn invalbeurten nog weinig indruk heeft kunnen maken.
Lukkien kiest de laatste weken in de aanval steevast voor drie 21-jarigen uit eigen opleiding: Thom van Bergen, jorg Schreuders en David van der Werff, aangevuld met huurling Younes Taha. De vier zorgen door onderlinge positiewisselingen voor dynamisch aanvalsspel wat mede door hun voortreffelijke drukzetten tot veel kansen leidt. Wat dat laatste betreft overtreft Taha de verwachtingen. De creatieveling heeft een geweldig schot maar is ook een echte teamspeler. Schreuders en Van Bergen zijn vanwege hun werklust, beweeglijkheid en behendigheid aan de bal geen twijfelgevallen voor Lukkien. De ook al begaafde, maar op het hoogste niveau meest onervaren Van der Werff evenmin, al is het beste er bij hem vaak na vier of vijf kwartier wel af. Niet voor niets werd hij in al zijn wedstrijden die hij als basisspeler mocht starten in de tweede helft van de tweede helft gewisseld. Het vele spelen maakt hem alleen maar sterker en levert hem een schat aan ervaring op. Samen met Taha heeft Van der Werff het vertrek van Luciano Valente en Dave Kwakman uitstekend opgevangen. Ze doen qua teamspel niet onder voor de twee en scoorden elk nu al evenveel als Valente (2 goals) in een heel seizoen en Kwakman (2 goals) in een half seizoen.
Van de drie topscorers van vorig seizoen: Van Bergen, Schreuders en Resink, met elk vijf goals, maakte Stije Resink zondag zijn eerste goal. Er volgen ongetwijfeld meer als de aanvoerder de rust in zijn afwerking terugvindt. Zijn schoten ogen nu vaak geforceerd. Ook Jorg Schreuders gaat binnenkort vast weer scoren. De creatieve middenvelder had door een spierblessure halverwege de oefencampagne een verstoorde voorbereiding op het seizoen, maar begint steeds beter te spelen. Misschien valt zijn eerste goal zondag in Nijmegen wanneer
FC Groningen op bezoek gaat bij NEC dat al 27 maal scoorde en vorig jaar groen-wit de grootste nederlaag van het seizoen bezorgde. Het werd 6-0 in het Goffertdome zoals sommige NEC-fans De Goffert nog steeds noemen sinds grote rivaal Vitesse het volgens hen veel te pretentieus klinkende Gelredome betrok.
Wim Masker